Woningnood

Joost Eerdmans, lijsttrekker van JA21 in de Tweede kamer, heeft een ego dat vele keren groter is dan het buitenboord brilmontuur dat hij draagt. Sommigen noemen zo’n ding een viewmaster en anderen trekken er de conclusie uit dat hij dan ook wel veel zal weten. Iets met visie en een breder beeld. Het eerste weet ik niet, het tweede weet ik wel en dat is dat het niet waar is. Ondanks het spreekwoord ‘Joost mag het weten’ is er bij hem zelfs met die joekel van de Pearle geen sprake van enige visie, in welke richting dan ook, laat staan van een breder beeld. Joost heeft namelijk niet alleen bij de LPF gezeten, het hilarische circus van Pim Fortuyn met historische mafkezen als Mat Herben, Ferry Hoogendijk, Herman Heinsbroek en Harry Wijnschenk, maar ook bij het Forum van Thierry Baudet en daar word je als mens én als politicus misschien wel heel vrolijk, maar zeker niet veel wijzer van. In zijn huidige omgeving van JA21 laat hij zich souffleren door de visionaire wijsheden van zijn weelderige muze, de cultureel-sociaal bovengemiddeld begaafde Annabel Nanninga, die de Nederlandse taal heeft verrijkt met het begrip ‘dobberneger’ als omschrijving voor asielzoeker.

In het programma van JA21 zou je met veel goede wil een soort van een begin van een vermoeden van visie kunnen ontwaren, met aandacht vestigende standpunten als minder bureaucratie, betaalbare woningen, werk voor iedereen en goed onderwijs. Maar vergis u niet: het is bij uitstek een one issue-partij, omdat in elk thema de hinderlijke aanwezigheid van de ‘dobberneger’ letterlijk en figuurlijk komt bovendrijven. Want (ik zeg het nu even in mijn eigen woorden) het is allemaal de schuld van die Afrikaanse uitvreters die komen profiteren van onze sociale voorzieningen, met al hun kutkinderen onze onderwijzers van het werk houden omdat al die achterlijke analfabeten fatsoenlijk Nederlands moeten leren en ook nog eens onze huizen komen stelen. Vooral dat laatste is een veel gehoord argument in de heilige oorlog van Eerdmans, Baudet, Wilders en al die andere dappere karakterridders in hun onversaagde kruistocht tegen de ambetante asielzoeker: ‘Ze pikken onze huizen in!’

Dat is een leugen en ze weten het. Natuurlijk is er een tekort, en je zult als kansloze starter maar op zo’n ellenlange wachtlijst staan, maar het is óók al heel lang een gegeven dat de Nederlandse huizenmarkt voor het overgrote deel in handen is van buitenlandse partijen. Onze volkshuisvesting is vele jaren geleden in de ramsj gedaan, dankzij het neoliberalisme van betonventer Stef Blok namens het kabinet Rutte II, met een ‘offer you can’t refuse’ voor de stenenmaffia van grote investeringsmaatschappijen, die alleen al tussen 2013 en 2021 vijftien miljard euro in ons nationale vastgoed hebben gestoken. Anglo-Amerikaanse beleggingsconglomeraten als de Blackstones, de Brookfields en de Macquaries van deze wereld hebben het sociale huursegment opgekocht en zich voor gigantische bedragen verschanst in de veel lucratievere private huurmarkt, inclusief veel bijkomende vormen van dienstverlening als kinderopvang, energie, parkeerfaciliteiten, afvalverwerking en gezondheidszorg. Daar heb je als gewone burger met je modale loontje niks te zoeken, en als ‘dobberneger’ al helemaal niet. Bovendien worden er, niet alleen voor Nederlandse starters, buitengewoon weinig woningen gebouwd, met dank aan een lamlendige bouwclown met stompzinnige piposchoenen die nog geen troffel vol met specie krijgt. Verder zit er ergens in Nijmegen een bijdehante stikstofwijsneus die als een gewiekste dossiertijger alle processen weet te traineren of zelfs stop te zetten. En de paar woningen die er dan nog overblijven zijn onbetaalbaar, en dramatisch slecht onderhouden bovendien, want in handen van ordinaire cementpooiers zoals onze inhalige pandjesprins met die kolossale pornobril. Maar daar hoor je die selectieve rotzakken dus niet over. Nee, die gaan zich de komende maanden weer helemaal te buiten aan de comfortabele slogan van hun xenofobe diarree vanuit de donkerbruine onderbuik: ‘Ze pikken onze huizen in!’ Ze zeggen er alleen niet bij wie ‘ze’ óók zijn: buitenlandse boeven en Nederlandse hufters.


Copyright Peter Bonder.

Kijk ook op www.twentesport.com.