Brinkman

Op 24 juni 2013 nam Teun de Nooijer in Rotterdam afscheid van de internationale hockeyvelden met een speciale wedstrijd tussen de Oranje All Stars en een wereldselectie. De hilariteit in de Nederlandse kleedkamer was naar verluidt groot, toen coach Roelant Oltmans de opstelling bekend maakte. Hij had opzettelijk Jacques Brinkman niet genoemd en toen die vroeg ‘En ik dan?’ was het antwoord: ‘Oh ja, jij staat rechtsback’ terwijl hij gedacht en gehoopt had op het middenveld een mooie rol te kunnen spelen. Het tekent de geringe populariteit van de recordinternational onder zijn medespelers, die hem vrijwel zonder uitzondering een enorme eikel vonden vanwege zijn asociale gedrag, vervelende praatjes en hoge eigendunk. Hij werd uitsluitend gedoogd omdat hij niet onaardig kon hockeyen, wat voor een plek in de nationale selectie natuurlijk geen verkeerde eigenschap is. Daarbuiten konden ze hem missen als de spreekwoordelijke kiespijn, ook al omdat hij er zelfs voor hockeybegrippen nogal extreme standpunten op na hield. ('Homohuwelijk? Ben ik op tegen. Straks krijg je nog iemand die met zijn hond wil trouwen.')

Intussen zijn we acht jaar verder en is de familie Brinkman in Oranje vertegenwoordigd door zoonlief Thierry, die door nagenoeg de gehele selectie wordt uitgekotst omdat hij de hockeysport omlaag haalt met irritante acties, die we vroeger van Matthäus, Völler en Klinsmann gewend waren, met die schandelijke Schwalbe in de play off tegen Kampong als absolute dieptepunt. Afgelopen zondag was vader Jacques te gast bij De Oranjezomer op SBS6 en wat hij toen presteerde is al lang en breed besproken en veroordeeld: hij citeerde appjes van Thierry vanuit Tokyo. Wat voor ongelooflijke lul ben je dan om je eigen zoon voor je privé gevoelens in te zetten? Hij heeft, natuurlijk, zijn excuses aangeboden, maar het kwaad is al geschied en dat heeft twee voordelen: Jacques zien we nooit meer terug als commentator waar dan ook, met z’n grote bek, en Thierry kan zich concentreren op zijn carrière bij Bloemendaal, overigens de club waar Teun de Nooijer als beste hockey-ambassadeur aller tijden groot is geworden. Dat deed hij behalve met klasse en talent ook met fatsoen en fair play, twee onderdelen waarop de familie Brinkman dikke onvoldoendes scoort.


Copyright Peter Bonder.

Kijk ook op www.twentesport.com.